PATRIA | OVER DE FILM
De film 'Patria' van Expressie Produkties betreft het waargebeurde verhaal over Arthur Knaap. Een Nederlands-Indische jongen die vrijwillig in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog vocht. Vanuit die loopgraven schreef Arthur brieven naar huis. Brieven vol met zijn emoties, verhalen van de strijd en de tijdgeest.
Deze brieven hebben als uitgangspunt gediend voor het filmscenario.
Arthur was een jongeman die dacht dat de oorlog avontuurlijk zou zijn. Hij was verliefd op Parijs en op zijn Franse vriendin.
Arthur was een echt familiedier en vond het zijn plicht om te vechten voor zijn geliefde Frankrijk. Verbolgen was hij over het feit dat Nederland afzijdig bleef.
In zijn brieven naar huis lees je echter onmiskenbaar de teleurstelling en de daaropvolgende angsten.
Door de extreme omstandigheden aan het front doorloopt Arthur zijn weg naar volwassenheid versneld en met horten en stoten. Na de oorlog is hij niet meer dezelfde. Doordat hij gifgas inademde loopt hij een longziekte op die hem in 1938, als de wereld aan de vooravond van de volgende oorlog staat, fataal wordt.
Extract uit een brief:
“2 juni 1915
Lieve Paatje en Maatje,
Ik heb gisteren uw brieven ontvangen voor mijn verjaardag, ik heb ze gelezen en herlezen en ik heb een beetje gehuild 's nachts.
Het is verschrikkelijk te weten dat je vader ziek is en zich misschien niet goed kan verzorgen, dat je moeder tobben moet, dat ze beiden zooveel zorgen hebben en zoo arm zijn, -dat is verschrikkelijker dan ruïnes om je heen te zien en kameraden zien vallen. En ik verwijt mij ( nu alles afgeloopen is) U den laatste brief te hebben geschreven, met mijn gezanik over soldatengraven enz. Vergeef het mij, Paatje en Maatje, maar het was omdat wij orders hadden gekregen aan te vallen en in zulk geval.........”
Deze brieven hebben als uitgangspunt gediend voor het filmscenario.
Arthur was een jongeman die dacht dat de oorlog avontuurlijk zou zijn. Hij was verliefd op Parijs en op zijn Franse vriendin.
Arthur was een echt familiedier en vond het zijn plicht om te vechten voor zijn geliefde Frankrijk. Verbolgen was hij over het feit dat Nederland afzijdig bleef.
In zijn brieven naar huis lees je echter onmiskenbaar de teleurstelling en de daaropvolgende angsten.
Door de extreme omstandigheden aan het front doorloopt Arthur zijn weg naar volwassenheid versneld en met horten en stoten. Na de oorlog is hij niet meer dezelfde. Doordat hij gifgas inademde loopt hij een longziekte op die hem in 1938, als de wereld aan de vooravond van de volgende oorlog staat, fataal wordt.
Extract uit een brief:
“2 juni 1915
Lieve Paatje en Maatje,
Ik heb gisteren uw brieven ontvangen voor mijn verjaardag, ik heb ze gelezen en herlezen en ik heb een beetje gehuild 's nachts.
Het is verschrikkelijk te weten dat je vader ziek is en zich misschien niet goed kan verzorgen, dat je moeder tobben moet, dat ze beiden zooveel zorgen hebben en zoo arm zijn, -dat is verschrikkelijker dan ruïnes om je heen te zien en kameraden zien vallen. En ik verwijt mij ( nu alles afgeloopen is) U den laatste brief te hebben geschreven, met mijn gezanik over soldatengraven enz. Vergeef het mij, Paatje en Maatje, maar het was omdat wij orders hadden gekregen aan te vallen en in zulk geval.........”